donderdag 13 mei 2010

Vaders rug


WILLEMSBRUG, mei '40


Smeulend puin. Een graflucht. Meeuwen krijsen.
Maar ik ben achter vaders rug niet bang. Hij wijst.
- De jongenslijken die de Willemsbrug bevolken.
Weer zie ik het zwarte water om de pijlers kolken.


*




VERGETELHEID

Dresden is van de vergetelheid gered;
Rotterdam viel onder slopershamers.
- Duivelswerk was 't. Zelfverminking.
De vuilste was blijft binnenskamers.


© Hans Sleutelaar


Twee gedichten uit:
Hans Sleutelaar Vermiste stad - Rotterdamse kwatrijnen, Amsterdam, De Bezige Bij, 2004.



"Tijdens de slag om Rotterdam in mei 1940 hielden mariniers en zeemiliciens met verouderde
wapens vijf dagen lang stand tegen Duitse stoottroepen die over de Willemsbrug wilden oprukken naar Den Haag. Zij opereerden praktisch zonder commando. 'Ieder vocht voor wat hij waard was,' getuigde een van hen na de oorlog.
Bij de gevechten om de Willemsbrug sneuvelden enige tientallen jeugdige Nederlanders en Duitse militairen; de schattingen van hun aantal lopen uiteen." (Aantekening van de auteur)

Geen opmerkingen: